Bij 2 op 3 Belgische voedingsbedrijven gingen de voorbije maanden de financiële knipperlichten aan en 4 op 10 dreigt zelfs kopje onder te gaan bij een nieuwe economische klap. Dit zijn de zorgwekkende besluiten uit een studie naar de schokbestendigheid die sectorfederatie Fevia door Graydon liet uitvoeren. Fevia CEO Bart Buysse roept beleidsmakers en ketenpartners dan ook op om nu te handelen naar de ernst van de situatie: “De combinatie van historisch dure kosten voor grondstoffen, energie en lonen wordt onhoudbaar voor onze bedrijven, zeker als ze die niet kunnen doorrekenen aan hun afnemers, voornamelijk de supermarkten. Onze bedrijven zorgen al jaren voor jobs en investeringen in ons land, maar hebben vandaag nood aan concrete steun en oplossingen. Dat signaleren we al maanden. Het is 5 voor 12. Nu niet ingrijpen staat gelijk aan schuldig verzuim!”
Gezond voor de COVID-crisis, vandaag in de gevarenzone
Met de schokbestendigheidsscore berekent Graydon in welke mate een onderneming één of meerdere schokken kan opvangen. Voor de drank- en voedingssector blijkt dat 87% van ondernemingen voor de COVID-crisis zeer gezond was. Vandaag zijn 66% van de Belgische voedingsbedrijven onvoldoende schokbestendig. Voor 40% van de ondernemingen is de situatie vandaag ronduit precair.
De impact van de oorlog in Oekraïne en de cumul aan kostenexplosies voor grondstoffen, energie en lonen zijn daar natuurlijk niet vreemd aan. Door een gebrek aan reserves – die door de opeenvolgende crisissen zijn opgesoupeerd - zouden die bedrijven in ademnood kunnen komen in geval van een nieuwe schok. Aangezien 97% van de Belgische voedingsbedrijven kmo’s zijn (met minder dan 100 werknemers), blijken vooral zij het meest in gevaar.
Explosie aan kosten onhoudbaar voor voedingsbedrijven
Uit de studie van Graydon blijkt duidelijk dat voedingsbedrijven de negatieve gevolgen van de COVID-crisis nog niet volledig verteerd hadden. Enerzijds daalde tussen april 2021 en april 2022 het aandeel Belgische voedingsbedrijven met een alarmerende schokbestendigheidscore, met dank aan de corona-steunmaatregelen. Anderzijds bleven heel wat voedingsbedrijven in de gevarenzone, mede door de impact van de Omikron variant.
Intussen zijn zowat alle kostenposten verder gestegen tot ongekende hoogtes. De vergelijking voor de periode van januari tot augustus 2022 met dezelfde periodes in 2021 en 2020 - waarin onze bedrijven al met tekorten en fikse prijsverhogingen werden geconfronteerd - toont aan dat de situatie onhoudbaar dreigt te worden voor veel voedingsbedrijven:
Uit een bevraging bij de leden van Fevia blijkt daarenboven dat amper de helft de voedingsbedrijven in 2022 een prijsverhoging verkreeg bij supermarkten. In de meeste gevallen was die bovendien minder dan de helft van de gestegen kosten. De leden van Fevia zijn dan ook bezorgd over de flinterdunne marges die hen resten om te investeren en innoveren. Voor velen van hen is het zelfs een pure kwestie van overleven.
Bovendien wacht de voedingsbedrijven in januari 2023 nog een loonindexering van meer dan 10%. Die dreigt Belgische voedingsbedrijven minder competitief te maken aangezien de loonstijgingen in onze buurlanden, waarnaar ons land traditioneel veel exporteert, veel lager liggen. Samen met de fiscale lasagne in België werkt dit ook steeds meer grensaankopen in de hand.
Nu dringend oplossingen nodig!
Fevia’s voorzitter Anthony Botelberge stelt dan ook hardop de vraag of beleidsmakers en ketenpartners morgen nog een agrovoedingsketen in ons land willen behouden: “De Belgische voedingsindustrie is over de jaren uitgegroeid tot de grootste industriële werkgever en investeerder van ons land en is de centrale schakel in de essentiële agrovoedingsketen. Maar vandaag hebben we nood aan concrete steun en oplossingen om het hoofd te bieden aan een uitzonderlijke crisis. We roepen onze beleidsmakers en ketenpartners op om nu te handelen zodat de getroffen bedrijven geen kopje onder gaan!”
Fevia werkte de voorbije weken daarom concrete voorstellen uit die het met de regering(en) deelde.
1. De prioriteit is om nu de energiekosten te beheersen en verminderen, zowel tijdelijk als structureel. Onze bedrijven hebben vandaag dringend nood aan gerichte steun om morgen te overleven!
- Zo vraagt Fevia dat België de mogelijkheden die voorzien zijn in het Europese temporary crisis framework maximaal en dringend toepast. Concreet vraagt de sector aan de drie gewesten een rechtstreekse steun voor voedingsbedrijven waarvan de energiefactuur met meer dan 100% steeg ten opzichte van 2021.
- De federale regering kan een belastingkrediet verlenen aan ondernemingen waarvan de financiële situatie sterk is verslechterd als gevolg van hogere productiekosten en het feit dat zij dit niet kunnen doorberekenen in hun verkoopprijzen. Het zou dus gaan om een belastingkrediet voor de vrijwaring van ondernemingen en werkgelegenheid.
- Fevia vraagt ook om rekening te houden met het essentiële karakter van de voedingsindustrie, bijvoorbeeld in geval van eventuele tekorten in de bevoorrading. Voedingsbedrijven afschakelen van water en energie is nu geen optie!
- Fevia pleit ook voor flexibiliteit bij vergunningen en normen: bedrijven uit de voedingssector die tijdelijk willen overschakelen naar alternatieve energiebronnen zouden dat op basis van een eenvoudige melding moeten kunnen. Daarnaast roept Fevia ook op om op Europees niveau aan te dringen op maatregelen om de energieprijzen te beheersen.
2. Ten tweede roept Fevia op om bedrijven zuurstof te geven om deze crisis heelhuids door te komen. Dat kan bijvoorbeeld door uitstel van betalingen (fiscaal, parafiscaal lasten, ...) toe te laten en door nu geen bijkomende of nieuwe wettelijke verplichtingen, administratieve lasten of belastingverhogingen in te voeren.
3. Voor bedrijven waar er een terugval is in de activiteit, vraagt Fevia een soepel en vereenvoudigd systeem van tijdelijke werkloosheid om economische redenen.
4. Fevia benadrukt ook het belang van een structureel herstel van de competitiviteit van onze bedrijven, door de loonkosten te beheersen en fiscale handicaps weg te werken. Dat laatste moet één van de centrale doelstellingen zijn van de fiscale hervorming.
5. Naar de toekomst toe willen we betere hefbomen om onze bedrijven te beschermen tegen de gevolgen van crisissen op de (productie)prijzen en de mogelijkheid tot doorrekening ervan: via overleg indien mogelijk, wettelijk indien nodig. Bij onvoorziene en enorme kostenstijgingen moeten die hefbomen toelaten om sneller contracten en prijzen bij te stellen. En ze moeten vermijden dat supermarkten overdreven leveringsboetes opleggen.