Energiekosten: de echte schok voor voedingsbedrijven moet nog komen

20.09.2022

De energiecrisis slaat sinds 2021 keihard toe. Ook voedingsbedrijven ontsnappen niet. Een enquête bij de Fevia-leden toont aan dat de situatie nu reeds zeer ernstig is. De vooruitzichten zijn bovendien somber. “Daar waar bedrijven nog over vaste contracten beschikken, lopen die voor veel voedingsbedrijven af in 2022. Zij mogen het nieuwe jaar starten met een verveelvoudiging van hun energiefactuur, bovenop de loonindexatie. Steunmaatregelen zijn dringend nodig. Niet morgen, maar vandaag. Wat nu op tafel ligt bij de verschillende regeringen is mooi meegenomen maar zeker niet genoeg: sneller en meer is de boodschap!” aldus Bart Buysse, CEO van Fevia

Verdubbeling van de energiekosten

63 % van de voedingsbedrijven zien hun kosten voor aardgas en elektriciteit in 2022 met meer dan 100 % stijgen ten opzichte van 2021. Voor maar liefst 40 % van de bedrijven stegen die energiekosten zelfs met meer dan 200 %. Effectieve steunmaatregelen voor deze specifieke groep van bedrijven zijn dus hoognodig. Het verlagen van de accijnzen voor aardgas en elektriciteit is een eerste stapje, maar is ruim onvoldoende. Het water staat bij veel bedrijven aan de lippen: 30 % overweegt om binnenkort de productie tijdelijk te stoppen of minstens te verminderen. Het gebrek aan rentabiliteit is de hoofdreden.

Gelukkig zijn er nog vaste contracten… maar helaas steeds minder

Ongeveer 50 % van de respondenten geeft aan nog over een vast contract te beschikken voor minstens elektriciteit of aardgas. Dat is op zich goed nieuws omdat op die manier grote prijsstijgingen vermeden zijn. Het is echter maar een tijdelijk uitstel.

De helft van de overige bedrijven ziet zijn vaste contract aflopen in 2022. Dat betekent dat in totaal 75 % van de voedingsbedrijven een variabel contract zal hebben in 2023. Deze bedrijven krijgen dus een bijkomende prijsshock begin 2023 naast de indexering van de lonen.

Alle voedingsbedrijven zijn plots energie-intensief

In 2021 waren ongeveer de helft van de bedrijven die antwoorden op de enquête energie-intensief. Dit betekent dat hun totale energiekosten meer dan 3 % van hun totale omzet bedragen. Door de exploderende energiekosten is dit percentage  in 2022 gestegen naar 95 %. Het is daarom belangrijk om 2022 als referentiejaar te nemen bij het bepalen van steunmaatregelen. Zo niet dreigen heel wat voedingsbedrijven die energie-intensief zijn naast de noodzakelijke bijkomende steun te grijpen.

Op zoek naar alternatieve brandstoffen om voedselverlies te vermijden

40% van de bedrijven is actief op zoek naar alternatieven voor hun aardgasverbruik. Enerzijds om zeker te kunnen blijven produceren als er plots een tekort aan gas dreigt, anderzijds om de exorbitante kostprijs van aardgas tijdelijk te vermijden door andere bronnen aan te spreken. De helft van de bedrijven die alternatieven overweegt denkt aan stookolie, 10 % aan elektrische boilers. Ongeveer de helft van die bedrijven beschikt niet over een juiste milieuvergunning. Daarom pleit Fevia bij de regionale overheden om een tijdelijke versoepeling van de vergunningsprocedure toe te laten. Dit kan bijvoorbeeld door de lange vergunningsprocedure te vervangen door een tijdelijke melding. De Europese Commissie laat dit ook toe in haar ‘save gas for a safe’ winterplan.

Voedingsbedrijven blijven investeren in energiebesparende maatregelen

De goedkoopste energie is de energie die je niet gebruikt. Een torenhoog cliché, maar wel extra belangrijk vandaag. De vele voedingsbedrijven blijven investeren in energiebesparende maatregelen. 70 % van de respondenten heeft in 2022 minstens één energiebesparende maatregel genomen. Veel bedrijven investeren in de eigen opwekking van energie via zonnepanelen, maar ook isolatie, verlichting en investeringen in warmtepompen gebeurden.

Dit kan niet blijven duren!

De enorme stijging van de energiekosten gaat gepaard met een stijging van de grondstof- en verpakkingskosten gedurende enkele maanden. In januari 2023 zal ook de voedingsindustrie de lonen van al haar werknemers met 10% moeten indexeren. De situatie zal voor veel bedrijven dramatisch zijn. Uit de studie van Graydon blijkt duidelijk dat de situatie niet houdbaar is. Fevia roept alle regeringen in dit land op strengere maatregelen te nemen om bedrijven te helpen. En Europa moet dringend de nodige maatregelen nemen om de markt te reguleren en het tijdelijke crisiskader te versoepelen. Zo niet, dan kunnen veel bedrijven die vóór de crisis volkomen gezond waren, gewoon verdwijnen.