Fevia zat samen aan de onderhandelingstafel met Anke Grooten, de nieuwe directeur sociale zaken bij Fevia. We bespraken de grootste sociale ambities en uitdagingen voor de Belgische voedingsindustrie.
Dag Anke, welkom in de voedingsindustrie! Wat trok jou aan om bij Fevia aan de slag te gaan?
De voedingsindustrie is een innovatieve en dynamische sector en bovendien de grootse industrie van het land. Een zeer diverse sector met een belangrijke economische en maatschappelijke meerwaarde. De cijfers spreken voor zich: de voedingsindustrie zorgt voor bijna een kwart miljoen jobs en is de grootste industriële werkgever in België. 1 op de 5 jobs in de industrie is er één in de voedingsindustrie.
De opportuniteit om mee te werken aan een sterke, competitieve en duurzame voedingsindustrie trok me dan ook enorm aan. Te meer omdat een grote uitdaging voor de toekomst van de sector juist op het vlak van werk en talent ligt: het vinden van voldoende geschikte werknemers voor de grote variëteit aan jobs die er zijn voor alle profielen. En vervolgens het tewerkstellen van die werknemers in een efficiënt en aantrekkelijk kader dat bijdraagt aan de competitiviteit en duurzaamheid van de sector.
Uit welke taken bestaat jouw job als directeur sociale zaken bij Fevia?
Als directeur sociale zaken ben ik verantwoordelijk voor het departement werk en talent. Wij ondersteunen de leden-bedrijven voor het aanwerven van geschikte medewerkers, actuele loon- en arbeidsvoorwaarden en een flexibele arbeidsorganisatie.
We zetten daarom in op acties die toeleiden naar de sector, in samenwerking met het Verbond van Belgische ondernemingen (VBO), het Vlaams netwerk van ondernemingen (Voka), Union Wallonne des Entreprises (Uwe) en het Brussels Entreprises Commerce and Industry (Beci).
Daarnaast zijn wij nauw betrokken bij het ontwerp van interprofessionele akkoorden en sociale onderhandelingen. Fevia vertegenwoordigt de voedingssector zowel binnen werkgeversorganisaties als in gesprekken met vakbonden op sectoraal niveau. In samenspraak met de vakbonden beheert Fevia ten slotte via sociale fondsen tal van voordelen voor de werknemers van de sector.
Ook informeren en ondersteunen we de voedingsbedrijven bij het toepassen van de sociale wetgeving en bij het interne sociale overleg. Leden-bedrijven kunnen voor al hun vragen over de collectieve arbeidsbetrekkingen en arbeidsorganisatie steeds bij ons terecht.
Je wordt verantwoordelijk voor het sociaal overleg. Wat is jouw ervaring met het belang van een goed sociaal overleg?
Een goed sociaal overleg zorgt voor een efficiënt en aantrekkelijk kader voor het tewerkstellen van personeel, zowel voor bedrijven als werknemers. Vakbonden en werkgevers werken op een respectvolle manier voortdurend aan dat kader. Het mandaat dat wij van de leden-werkgevers krijgen is essentieel en dient als basis voor de sociale onderhandelingen.
Naast respect is voldoende gedragenheid en representativiteit van alle betrokken partijen dan ook een noodzakelijke voorwaarde voor een goed sociaal overleg.
Tot slot, wat zijn de grootste uitdagingen op vlak van werk en talent?
Dé grootste uitdaging is het duurzaam invullen van de talrijke en diverse jobs in de voedingsindustrie. Onze opdracht bestaat eruit om de voedingsindustrie als een aantrekkelijke sector in de kijker zetten bij werkzoekenden. Belangrijk daarbij is de volwaardige uitrol van duaal en alternerend leren alsook een betere synergie tussen onderwijs en arbeidsmarkt. De voedingsindustrie telt namelijk veel knelpuntvacatures. Vooral technische profielen zoals mecanicien zijn zeer moeilijk te vinden. We vragen dan ook een actieve promotie van het STEM-programma, vooral in technische richtingen, om jongeren nog beter te oriënteren naar de voedingsbedrijven. STEM staat voor Science, Technology, Engineering and Mathematics.
Naast instroom zijn ook zijstroom en doorstroom essentieel voor een sterke toekomst. Bedrijven investeren in België aanzienlijk in opleidingen voor werknemers. Dat laatste staat in schril contrast met het opleidingspercentage van burgers in de leeftijdscategorie 25-64 jaar. Een optimaal kader van levenslang leren, met daarbij o.a. verkorte trajecten die zorgen voor heroriëntering van actieven en inactieven, is dan ook essentieel.
Ook het blijvend ondersteunen van initiatieven als Flanders’ FOOD en Wagralim is noodzakelijk als antwoord op de uitdagingen voor voedingsbedrijven rond innovatie en digitalisering.
Als laatste uitdaging moeten de jobs betaalbaar en leefbaar blijven. De tewerkstelling die onze bedrijven creëren in Vlaanderen, Wallonië en Brussel zijn essentieel voor een sterke, duurzame maatschappij. Onze bedrijven investeren, innoveren en exporteren voortdurend, wat leidt tot jobcreatie. Het behoud van die jobs en de verdere jobcreatie kan enkel door die jobs betaalbaar en organiseerbaar te houden. Het blijvend aanpakken van de loonkostenhandicap is dus noodzakelijk.