Persbericht Fevia en BABM
Brussel, 13 maart 2018 - De opeenstapeling van taksen, heffingen en de loonkostenhandicap maken voeding en dranken in België duurder dan in de buurlanden. Het prijzenobservatorium bevestigt hiermee de analyse die Fevia, de federatie van de Belgische voedingsindustrie, en BABM, de vereniging van merkartikelfabrikanten, al jarenlang maken.
De reële loonkostenhandicap voor Belgische voedingsproducenten bedraagt ook na de taks shift nog steeds 17,5% ten opzichte van onze buurlanden. Ook de energiekostenhandicap en de opeenstapeling van taksen blijven Belgische bedrijven parten spelen.
Chris Moris, directeur-generaal van Fevia: “Die handicaps hebben onvermijdelijk als gevolg dat prijzen in ons land duurder zijn en dat grensaankopen jaar na jaar stijgen. Met onze hoge kwaliteit, innovatie en diversiteit compenseren we gedeeltelijk die prijsverschillen, maar op termijn ondergraven we hiermee ons concurrentievermogen. Tegelijk blijven de winstmarges van producenten dalen en zien ook supermarkten zich geconfronteerd met te krappe marges.”
“België is een kleine markt waar vaste kosten als marketing en innovatie zwaarder doorwegen. Maar tegelijk is het verschil in prijzen tussen de supermarkten nergens zo groot als in België,” aldus Walter Gelens, CEO van BABM. “Op het vlak van organisatie, standaardisatie en harmonisatie zijn nog grote efficiëntiewinsten mogelijk. Laten we in de gehele keten bekijken hoe we inefficiënties samen kunnen aanpakken. Op dit vlak steken Fevia en BABM de hand uit naar Comeos en de retailers.”