In de reeks "Food & Figures" belicht onze economiste Carole Dembour één cijfer uit de voedingssector. In deze editie gaat ze in op de moeilijke start van het jaar voor de Belgische export van voeding en dranken.
Begin 2021 had de uitvoer opnieuw te lijden. In het eerste kwartaal van 2021 daalde de uitvoer met 8,4% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De (gedeeltelijke) sluiting van de horeca en de stilgevallen eventsector in vele Europese landen verklaren dit natuurlijk. Dit valt echter te relativeren, aangezien het eerste kwartaal van 2020, net voor de komst van het coronavirus, een record noteerde met voor het eerst meer dan 7 miljard euro aan geëxporteerde voedingsmiddelen en dranken (+5,2% ten opzichte van het eerste kwartaal van 2019).
We kunnen ervan uitgaan dat de cijfers voor het tweede kwartaal van 2021 de aanzet zullen geven tot een geleidelijk herstel van de uitvoer, in overeenstemming met de saneringsplannen van onze buurlanden. En wat de toekomst betreft: laten we hopen dat niets een krachtiger herstel in de weg staat. Of het nu gaat om moeilijkheden van sanitaire (varianten) of economische aard (tekort aan grondstoffen, stijging van de productiekosten, moeilijkheden om de nodige en geschikte arbeidskrachten aan te werven).
De uitvoer van Belgische producten (met uitzondering van voedingsmiddelen en dranken) is in het eerste kwartaal van 2021 minder gedaald, met 'slechts' 1,4% ten opzichte van hetzelfde kwartaal van 2020. Deze daling is grotendeels toe te schrijven aan de uitvoer van chemische producten (31,5% van het totaal) die, na een zeer goed jaar in 2020, met 5% is gedaald. De uitvoer van minerale producten, maar ook van metalen en kunststoffen, steeg de afgelopen drie maanden daarentegen het sterkst.
Onder de producten van de voedingsindustrie waarvan de uitvoer in het eerste kwartaal van 2021 helaas het sterkst is gedaald, vinden we: groente- of fruitbereidingen (-28%), granen (-19%), vlees (-15%) en groenten (-15%).