- Nieuws
- Uitgepakt: voldoet refill aan onze verwachtingen?
Verpakkingen zijn waardevol, want ze brengen lekkere voeding en dranken op een veilige manier tot bij de consument. En daarbij houden we de milieu-impact het liefst zo laag mogelijk. Onze experte Candice Joseph pakt de mogelijkheden en valkuilen uit van refill: een nieuw businessmodel rond preventie en hergebruik van verpakkingen.
Dag Candice, kunnen we zonder verpakkingen?
Candice: “Daar kan ik kort en bondig 'nee' op antwoorden. Alleen al om de voedselveiligheid te garanderen of de consument te informeren over het product, zijn verpakkingen cruciaal. Nu, ik ben ervan overtuigd dat we wel moeten streven naar minder verpakkingen, en meer circulaire verpakkingen.
Met de Green Deal Anders Verpakt, een initiatief van Fevia, Comeos, Detic, Vil en OVAM, gaan we samen op zoek naar innovaties en nieuwe businessmodellen rond preventie en hergebruik van verpakkingen. En dat initiatief vindt veel weerklank: zo’n honderdtal deelnemers zetten gedurende drie jaar hun schouders onder meer dan tachtig pilootprojecten.
Dat gaat heel breed: van kennisinstellingen over voedingsbedrijven tot retailers en overheidsinstanties. Als initiatiefnemers ondersteunen wij de deelnemers door workshops en events te organiseren, kennis te delen en samen op zoek te gaan naar mogelijke hindernissen.”
Meer circulaire verpakkingen, hoe slagen we daarin?
Candice: “Door bijvoorbeeld te investeren in hergebruik, zoals refill. Refill is een verpakkingsoplossing waarbij de consument met zijn of haar eigen herbruikbare verpakking het product beschermt en transporteert. Het meest voor de hand liggende voorbeeld is een vaste waarde in ons dagelijkse leven: de brooddoos. De consument heeft als eigenaar de verantwoordelijkheid om zijn of haar eigen verpakking te reinigen en te hervullen.
Toch is het veel meer dan dat. Wist je dat er systemen bestaan waarbij de consument niet langer zelf instaat voor het onderhoud?
De herbruikbare verpakking wordt eerst extern gereinigd in een ‘wasstraat’, en daarna kan de verpakking hervuld worden op de productiesite, in de supermarkt, thuis of zelfs onderweg.
Het lokale waarborgsysteem, waar Conserverie et Moutarderie Belge zich achter schaart, is daar een mooi voorbeeld van. De stap om allerlei producten in een gelijkaardige verpakkingsoplossing aan te bieden, is dus minder groot dan je op het eerste gezicht zou verwachten. Eens de refill-mogelijkheden een geschikte plaats en werkwijze gevonden hebben, ondersteunen die perfect de groene transitie binnen de verpakkingswereld.”
Green Deal Anders Verpakt: netwerkevent Refill
Op 16 oktober organiseerden we in het kader van de Green Deal Anders Verpakt een netwerkevent rond de mogelijkheden en valkuilen van refill. We kwamen samen in het hoofdkantoor van Coca-Cola, waar we onderling kennis en ervaringen uitdeelden. Als deelnemer van de Green Deal Anders Verpakt voert Coca-Cola zelf een pilootproject uit waarin ze op zoek gaat naar verpakkingsoplossingen in besloten omgevingen met drankdispensers.
Blijkt refill een waardevol alternatief in de praktijk?
Candice: “Op het netwerkevent kwamen verschillende projecten aan bod. De praktijkvoorbeelden maakten duidelijk dat refill een complex gegeven is, en aangepast dient te worden aan de specifieke verkoopomstandigheden en de eigenschappen van het product. Ook een goede samenwerking tussen de verschillende schakels in de keten, van technische productontwikkelaar tot retailer en consument, blijkt van cruciaal belang te zijn.
Waar verzorgingsproducenten als Ecover en Mustela positieve ervaringen deelden, blijkt refill minder eenvoudig voor voedingsbedrijven. Ook Coca-Cola stelde haar pilootprojecten voor.
Het ontwikkelingsteam zet in op refill-oplossingen voor tientallen types dranken. Ze stellen vast dat refill een leerschool is die nog niet op punt staat.
Zo bestaan er enorme verschillen tussen de vereisten van toestellen die bijvoorbeeld een nagenoeg constant debiet moeten hebben, zoals bijvoorbeeld in een horecazaak, en de toestellen die sporadisch een drankje moeten leveren zoals bijvoorbeeld op kantoor in bedrijfscontext.
Daarnaast vormt het een uitdaging om een even hoge productkwaliteit te leveren als het voorverpakte product. Zo is het minder makkelijk om op deze manier een drankje met sterke bruis aan te bieden. Toch houden die hindernissen Coca-Cola niet tegen. Met veel verschillende versies van de dispensers kwamen ze in de R&D-labs tot alvast een waardevolle oplossing voor de volgende Olympische Spelen in Parijs. Coca-Cola installeert meer dan 700 drankdispensers om zo bij te dragen aan de meest ecologische Olympische Spelen tot nu toe.”
Wat mogen we in de toekomst verwachten?
Candice: “Van het evenement neem ik vooral deze veelbelovende key takeaways mee:
- Reuse als deel van de oplossing, en niet dé oplossing in het verduurzamen van verpakkingen.
- De milieu-afweging en economische afweging bepalen of refill al dan niet geschikt is.
- Een refill-oplossing moet op maat gemaakt zijn van het specifieke product en de gebruikscontext.
- Refill is een leerschool. Het heeft tijd en onderzoek nodig om zich te ontwikkelen tot een efficiënt en volwaardig systeem.”
En wat met wetgeving?
Candice: “Ik raad zeker aan om het wettelijke kader in de gaten te houden, want er is heel wat op til. De Europese Commissie lanceerde een voorstel tot verordening die tot een wervelwind leidt in de verpakkingswereld. De Packaging & Packaging Waste Regulation (PPWR) omvat een enorm toepassingsgebied op vlak van verpakkingen.
Zo worden er bepalingen in vermeld over het op de markt brengen van bepaalde producten, ophaalsystemen, sorteer- en recyclagedoelstellingen, het gebruik van gerecycleerde materialen en zo veel meer.
Een belangrijk onderdeel in het voorstel zijn ook de concrete doelstellingen rond reuse and refill. Zo wordt er in het huidige voorstel bijvoorbeeld een doelstelling opgelegd voor producenten van non-alcoholische dranken om vanaf 2030 20% van hun producten aan te bieden in herbruikbare verpakkingen.
Ook binnen ons eigen interregionale kader wordt hergebruik naar voren geschoven. Naar aanleiding van de nieuwe erkenning van Fost Plus vanaf 2024, wordt er gedacht aan hergebruikverplichtingen voor de leden van Fost Plus. We benadrukken dat het onaanvaardbaar is om zo de correcte juridische processen te omzeilen. Fost Plus is in essentie geen instrument om wettelijke bepalingen te introduceren.
Dit voorstel is bovendien ook problematisch omdat dit resulteert in een vrijstelling van bedrijven die geen lid zijn van Fost Plus, terwijl ze wel profiteren van de faciliteiten en het efficiënte systeem. Daarom pleiten we in ons memorandum voor een gelijk speelveld -zonder gold-plating- als ingrediënt voor een smaakvol beleid.”