Op 25 oktober 2021 ondertekenden we samen met de vakbonden het sectoraal akkoord voor 2021-2022 in PC118. Op 27 oktober 2021 ondertekenden we vervolgens het akkoord voor de bedienden. In de akkoorden maken we afspraken over onder meer loonsverhoging, een coronapremie voor bedrijven met goede resultaten tijdens de crisis, werkbaar werk, ondersteuning loopbanen, vorming en sociale vrede voor de periode 2021-2022.
De sectorale onderhandelingen volgden op het interprofessionele kader uitgetekend door de federale regering en de Groep van Tien. Dat interprofessionele kader liet deze keer extra op zich wachten en was pas rond in juli 2021. Daardoor startten de onderhandelingen ook later dan gewoonlijk.
Op 9 september stelden de vakbonden in PC118 hun eisenbundel voor, ook wij lichtten onze aandachtspunten voor de onderhandelingen toe. Na enkele moeilijke onderhandelingsdagen kwamen we uiteindelijk op 12 oktober tot een ontwerp van akkoord. Beide banken legden dit voor aan hun leden en kregen de goedkeuring. Op 25 oktober ondertekenden we dan ook het sectorakkoord voor de arbeiders in de voedingsindustrie voor de periode 2021-2022.
Voor PC220 startten de onderhandelingen op 16 september, we kwamen op 14 oktober tot een ontwerp van akkoord. Op 27 oktober ondertekenden we vervolgens het sectorakkoord voor de bedienden in de voedingsindustrie voor de periode 2021-2022.
De akkoorden moeten worden gelezen binnen het federale kader rond de 0,4% loonnorm en de coronapremie voor bedrijven met goede resultaten tijdens de crisis.
De akkoorden bevatten verschillende afspraken. Op vlak van koopkracht en competitiviteit voorzien de akkoorden een loonsverhoging vanaf 2022, de invulling van de zogenaamde retroactiviteit door een eenmalige brutopremie van 150 euro in januari 2022 en een coronapremie van 150 euro voor bedrijven met een positief resultaat in 2020 (code 9901) op basis van de prestaties in 2020. Over de andere invulling van de 0,4% - enveloppe alsook over de eventuele opwaardering van de coronapremie kan een ondernemingscao worden gesloten tegen 31 december 2021. Daarnaast zijn ook verschillende kwalitatieve maatregelen opgenomen in het akkoord, waaronder afspraken rond werkbaar werk, proactief loopbaanbeleid, eindeloopbaanmaatregelen en vorming en opleiding. De akkoorden eindigen telkens met een clausule rond syndicale vrede.