75.000 jobs zijn afhankelijk van onze export buiten de EU

19.07.2024

De Belgische export van voeding en dranken naar landen buiten de Europese Unie zorgde in 2022 voor de tewerkstelling van 36 400 mensen in België en 38 400 mensen in andere EU-landen. Bijna twee derde van deze laatste bevindt zich in onze drie grote buurlanden: Dat zijn 9 600 jobs in Frankrijk, 6 500 jobs in Duitsland en 6 000 in Nederland.

Onze export buiten de EU zorgt voor bijna 1 op de 6 jobs bij de voedingsbedrijven

In 2022 hing 15,8% van de jobs van de Belgische voedingsbedrijven af van de export buiten de Europese Unie. Dit is minder dan in 2021 (19,0%) maar iets meer dan tien jaar geleden (+0,6 procentpunt in vergelijking met 2012).

De Ierse voedingsindustrie was degene waarvan de banen het meest afhankelijk waren van de export naar derde landen, met meer dan 4 op de 10 banen (42,8%) die afhingen van de export in 2022. Denemarken volgde met 28,8% van de werkgelegenheid in de voedingssector, en Malta met 24,9%. De Belgische voedingsindustrie staat op de 6e plaats, met bijna één op 6 jobs.

Roemenië (3,3%) en Slowakije (3,2%) hebben daarentegen het laagste aandeel in de werkgelegenheid die voedingsmiddelen en dranken exporteert naar niet-EU-landen.

Onze export buiten de EU genereerde 17% van de toegevoegde waarde van de sector

In 2022 genereerde de Belgische export van voeding en dranken naar landen buiten de Europese Unie 6,3 miljard euro aan bruto toegevoegde waarde in alle EU-landen, waarvan 3,5 miljard euro in de Belgische economie zelf. Bijna de helft van dit bedrag ging naar de voedingssector, de andere helft naar andere sectoren.

In 2022 werd dus 17,3% van de toegevoegde waarde die de Belgische voedingsindustrie creëerde, gegenereerd door haar export buiten de Europese Unie. Dit is iets minder dan in 2021 (18,7%), maar nog steeds 2,0 procentpunten hoger dan in 2012.

Meerwaarde creëren met een strategisch handelsbeleid

De Europese handelsakkoorden bieden opportuniteiten en juridische zekerheid. Wanneer een grotere markttoegang voor Europese voeding en dranken prioritair is in een akkoord, zoals met Japan, creëert dit immers economische groei en jobs in onze sector. Ook onze uitvoer naar Australië, dat de voorbije jaren uitgroeide tot onze vijfde grootste verre exportbestemming, zal gestimuleerd worden met een handelsakkoord. De EU heeft echter moeite om akkoorden te sluiten en goedgekeurde akkoorden worden moeilijk geratificeerd. België draagt bij aan deze crisis van het EU-handelsbeleid. Maar liefst acht handelsakkoorden liggen te wachten op ratificatie door verschillende parlementen.

Wat vragen we van beleidsmakers tijdens de volgende legislatuur?

  • Voor de extracommunautaire handel vragen we om goedgekeurde akkoorden, zoals deze met Canada en Australië (2024), zo snel mogelijk te ratificeren.
  • Ook vragen we om de Europese Commissie het vertrouwen te geven om nieuwe EU-only handelsakkoorden te sluiten met strategische partners, en om materies, die gemeenschappelijke bevoegdheid zijn, apart te onderhandelen.
  • Zorg bij de Belgische standpuntbepaling voor toekomstige handelsakkoorden voor een tijdige en grondige consultatie van de voedingsindustrie, zodat haar offensieve en defensieve belangen helder vervat zitten in het standpunt.

Je kan onze voorstellen over dit onderwerp terugvinden in ons memorandum