De Hoge Gezondheidsraad publiceerde in oktober niet alleen haar Food Based Dietary Guidelines, maar ook het bijhorend Belgisch voorlichtingsmodel: de voedingstak. De 5 productgroepen die aan die tak hangen vertellen ons waar de grootste gezondheidswinsten te rapen vallen. Het model blinkt uit in haar eenvoud: eet meer volkoren graanproducten, fruit & groenten, peulvruchten en noten & zaden en beperk je zoutinname. Met die aanbevelingen gaat ook de voedingsindustrie aan de slag.
Focus op eenvoud, gezondheidswinst en innovatie
De voedingstak benadrukt de 5 productgroepen waarmee Belgen op een efficiënte manier gezondheidswinsten kunnen boeken. Hoe groter het blad, hoe groter de impact op de algemene volksgezondheid. Daarmee maakt het nieuwe model een duidelijke keuze: in plaats van alle voedingsproducten op te nemen, illustreert het enkel de nutritionele topprioriteiten voor de Belgische bevolking.
Bovendien maakt de voedingstak duidelijk waar de voedingsindustrie, via innovatie, bijkomend kan op inzetten. De voedingstak raadt onder andere aan om meer noten te eten. Voedingsbedrijven kunnen daarmee aan de slag om bijvoorbeeld notenrepen als alternatieve tussendoortjes op de markt te brengen. Voeg daar nog fruit aan toe en weinig zout, dan sla je drie vliegen in 1 klap volgens de voedingstak.
Fevia wil haar leden grondig informeren over de aanbevelingen van de Food Based Dietary Guidelines. Achter de eenvoud van het model schuilen tegelijk heel wat complexe studies. Daarom willen we in het voorjaar van 2020 een studiedag organiseren met presentaties van wetenschappers die betrokken waren bij de opstelling van de FBDG.
Volkoren: de heilige graan
De aanpak van de Hoge Gezondheidsraad staat in schril contrast met de laatste update van het voedselvoorlichtingsmodel in Vlaanderen. Die gaf helaas aanleiding tot een polarisatie in het publieke debat. Gezond vs. ongezond, plantaardig vs. dierlijk en verwerkt vs. onverwerkt. De negatieve aandacht die nog steeds gaat naar bepaalde symbooldossiers blijkt echter disproportioneel. Dé topprioriteit voor de Hoge Gezondheidsraad is dan ook het verhogen van de inname van volkorenproducten (1). Dat blijkt zowel in de Food Based Dietary Guidelines als in de voedingstak. Daar staan volkorenproducten helemaal bovenaan, in het grootste blad.
Laten we over het muurtje heen kijken om te leren uit de successen in andere landen. Zo nam Denemarken binnen de EU het voortouw om burgers aan te sporen om meer volkoren te eten. Hun Whole Grain Partnership is een samenwerkingsprogramma tussen de overheid, industrie en wetenschappers om de inname van volkorenproducten te verhogen. En met succes: de inname van volkoren is er gestegen van 36 naar 82 gram per dag.
Ook de Belgische voedingsindustrie engageert zich
Momenteel evalueert Fevia of we de Deense aanpak ook in België kunnen hanteren. Ook hier blijft de voedingsindustrie zoeken naar oplossingen die bijdragen aan de hoofdprioriteit. Kijk maar naar het Convenant Evenwichtige Voeding, die de sector aanging met de Belgische overheid. Omdat het Convenant volgend jaar op z’n einde loopt bekijken we bij Fevia hoe we verdergaan na 2020.
Een optie is om het Convenant Evenwichtige Voeding te verlengen, maar dan met een andere insteek. Daar waar de focus nu ligt op het verminderen van de calorie-inname, zouden we in de toekomst meer inzetten op het verhogen van de inname aan volkorenproducten. Door naast meer volkoren ook meer vezels als prioriteit aan te stippen, kunnen we nog meer productgroepen laten deelnemen aan het actieplan.
Maar we moeten ook inspelen op de vier andere prioriteiten. Zout is daarbij de enige prioriteit die negatief wordt geformuleerd. Met het Zoutconvenant zorgden de voedingsindustrie en de overheid in de periode tussen 2008 en 2013 samen voor een reductie-inname van -10%. Het Zoutconvenant toont aan dat de inspanning werkte en dat we moeten verdergaan op de ingeslagen weg.
(1) Global Burden of Disease Study, potentiële gezondheidswinst per prioriteit