De Belg houdt van brood. Per dag eten we gemiddeld 4 sneetjes brood, maar tegelijk weegt “fake news” op de sector. Volgens Kathou Wagemans, secretaris-generaal van FGBB, de Federatie van Grote Bakkerijen van België, “onderschatten we nog te veel het belang van brood binnen een gezonde levensstijl”. Daarom lanceerde de sector dit jaar met ‘Brood. Een Goed Verhaal’ een campagne die de meerwaarde van brood in de kijker zet.
“Dagelijks werken we gemiddeld ruim vier boterhammen per persoon weg. Brood verdient die extra aandacht!”
Kathou, wat maakt ons Belgisch brood zo bijzonder?
Ons brood is eigenlijk een bijzonder duurzaam product. De grondstoffen komen uit onze eigen regio, uit België of meestal niet verder dan Frankrijk of Duitsland, en we vermalen ze in eigen land. Daarnaast produceren we brood ook doorgaans in eigen land en veelal dagvers. Meer dan 92% van de broden en bakkerijproducten die wij in België eten zijn dus Belgisch.
Bovendien is de ecologische voetafdruk van brood relatief laag, zeker als je ook rekening houdt met de hoeveelheid nutriënten die brood aanlevert. Zeker de volkoren producten zijn erg gezond. En laten we ook niet vergeten dat het gewoon heel lekker is. Dat brood daarnaast al heel lang deel uitmaakt van een lokale traditie maakt het duurzaamheidspaspoort van brood nog fraaier. Of zoals onze Zweedse collega’s het zeggen “Extend the best before date of the earth: Eat bread”.
Wat zijn de belangrijkste evoluties binnen de broodsector?
Er is ten eerste de toename van kleine bakkerijen die groot werden, met consolidaties de laatste tien jaar en een schaalvergroting van de grotere bakkerijen. De grote volatiliteit van de grondstofprijzen die een sterke invloed heeft op de rendabiliteit van bakkerijen is daar wellicht niet vreemd aan. De bedrijven moeten erop toezien dat ze efficiënt, duurzaam en doordacht omspringen met natuurlijke grondstoffen en energie die schaarser worden.
Een tweede evolutie is dat de consument zijn koopgedrag en eetpatroon verandert. Consumenten zoeken vandaag naar alternatieven voor “ons dagelijks brood”. Wij moeten ons als bakkerijsector dus aanpassen aan de nieuwe trends. Dat doen we bijvoorbeeld door kleinere porties aan te bieden, met producten ‘on the go’ of door in te spelen op de trends van clean label en authenticiteit. Er komen dan ook meer dan ooit nieuwe types brood op de markt. En de producten worden eveneens via andere kanalen aangeboden.
Hoe vernieuw je een traditioneel product als brood?
Er zijn verschillende types van innovatie mogelijk, die elk iets toevoegen aan het prachtige basisproduct. Denk maar aan broden verrijkt met zaden en pitten, omega 3 of lijnzaadolie. Daarnaast zijn er vandaag ook broden voor consumenten met specifieke noden, zoals koolhydraatarme of glutenvrije broden.
Maar innovatie betekent soms ook teruggrijpen naar oudere recepten uit het verleden of oudere technieken. Zo zien we vandaag een echte revival van zuurdesembroden. De sector moet kortom blijven innoveren om aan de nieuwe vragen van de consument te kunnen beantwoorden en zo competitief te blijven.
Hoe zie je de bakkerijsector verder groeien?
De tendens naar authentieke, traditionele en duurzame producten wordt steeds sterker. Mensen hebben behoefte aan verbondenheid met het verleden. Onze producten passen perfect in dat plaatje. Bakkerijproducten hebben nog altijd een hoge marktpenetratie. Brood maakt deel uit van ons dagelijks leven. De fors stijgende bevolkingsgroei speelt dus in het voordeel van onze branche.
Natuurlijk moeten we relevant blijven maar als sector hebben we al getoond dat we kunnen innoveren. De meeste bakkerijen zijn bovendien vaak nog in privébezit. Dat lijkt toch ook een goede basis voor toewijding en groei op lange termijn.
Welke bedreigingen zie je voor brood ?
“Fake News” is vandaag onze grootste bedreiging. Alle gekheid op een stokje, maar heel wat beweringen worden te snel voor waar overgenomen, zelfs al is er geen wetenschappelijke basis voor of vindt het zijn oorsprong in een totaal andere markt met totaal andere eetgewoontes of productiewijze. Dat creëert een soort “angst voor het bord” bij de consument: “Is het wel gezond genoeg” of “word ik er ziek of dik van?”
Bovendien zijn het vaak specifieke kwesties die uit andere landen komen overwaaien. Maar brood is net een heel regionaal product. Zo eten de Toscanen brood dat zeer laag in zout is, omdat hun vleesbeleg vaak veel zout bevatten. Een ander voorbeeld is dat in sommige landen behoorlijk wat suiker wordt toegevoegd aan brood. Bij ons in België is dat helemaal niet zo gebruikelijk.
Het is best frustrerend om regelmatig krantenkoppen te lezen als “Zit er varkenshaar in brood?” of “Er zit teveel suiker in brood”. Die koppen zijn klakkeloos uit andere landen overgenomen maar kloppen dus gewoon niet. Dergelijke fabeltjes brengen zeer veel imagoschade toe en creëren onnodig wantrouwen bij de consument.
Waar is de broodsector vandaag het meest fier op?
We hebben heel wat om fier op te zijn! Maar om er eentje uit te kiezen: de campagne “Brood, Een Goed Verhaal”. Samen met Nederlandse collega’s kreeg het Instituut Brood & Gezondheid vzw, opgericht door de federaties uit de sector in samenwerking met de wetenschap, Europese subsidies om consumenten weer vertrouwd te maken met de voordelen van brood.
Die campagne verenigt de volledige sector om brood te promoten met een 'Ode aan Brood'. En dat was nodig, want zelfs al consumeren Belgen jaarlijks een flinke hoeveelheid brood, toch haalt slechts 17% van de bevolking de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van brood en graanproducten.
De campagne ‘Brood. Een Goed Verhaal.’ moet de Belg opnieuw een goed gevoel over brood geven. Eigenlijk is het een belevingscampagne met een ode aan al het goede van brood. De bakkerijsector laat hiermee de consument 3 jaar lang zien en beleven hoe duurzaam, lekker, veelzijdig, voedzaam en makkelijk brood is.
Meer weten over de campagne “Brood. Een Goed Verhaal”? Ga naar www.broodeengoedverhaal.be
Wenst u meer info over de Belgische broodsector? Contacteer Kathou Wagemans, secretaris-generaal van FGBB